• In de eerste zes maanden van 2021 waren de vaaromstandigheden min of meer normaal. In juli 2021 waren er overstromingen in het Rijnstroomgebied. In oktober en november 2021 hadden zowel de Rijn als de Donau te kampen met laag water.
• Als gevolg van de zeer sterke stijging van de olieprijzen zijn ook de brandstofprijzen gestegen. De vrachtprijzen stegen ook, maar de tankvaart bleef achter bij de trend in het drogelading- en containervervoer, die veel positiever uitviel.

 

  • Wat de havenactiviteiten betreft, duiden de maandelijkse gegevens over het binnenvaartvervoer in de grootste havens aan de Bovenrijn op een licht herstel, een trend die in de tweede helft van 2020 begon en zich in heel 2021 verder doorzette. Deze opwaartse trend werd echter in oktober en november 2021 tijdelijk onderbroken door extreem lage waterstanden.
  •  

    AFBEELDING 1: BINNENVAARTVERVOER IN DE BELANGRIJKSTE HAVENS AAN DE BOVENRIJN (IN MILJOEN TON)


    Bron: CCR-analyse op basis van gegevens van de havens
     

  • Wat de waterstanden betreft, toont afbeelding 2 een spreidingsdiagram met gegevens voor de beschikbare laaddiepte bij Kaub (x-as) alsook de vervoerde hoeveelheden goederen in miljoen ton die bij de sluis van Iffezheim (y-as) werden geregistreerd. De waarden voor de beschikbare diepte zijn berekend op basis van de waterstanden.2
  • Wanneer de beschikbare waterdiepte onder een bepaalde drempelwaarde zakt, worden de vaaromstandigheden een knelpunt voor het goederenvervoer. Voorbeelden hiervoor zijn de laagwaterperiodes in oktober en november 2018, maar ook de meer recente periode eind 2021 (zie linkerdeel van afbeelding 2). Voor de dieptes boven een bepaalde drempelwaarde laat het spreidingsdiagram geen verband zien, behalve voor het rechterdeel van het diagram waaruit blijkt dat hoge waterstanden doorgaans leiden tot een daling van het goederenvervoer.
  •  

    AFBEELDING 2: BESCHIKBARE DIEPTE VOOR DE SCHEEPVAART BIJ KAUB EN HOEVEELHEID GOEDEREN DIE DE SLUIS BIJ IFFEZHEIM OP DE BOVENRIJN PASSEERT (MAANDELIJKSE GEGEVENS M1/2004-M12/2021)


    Bron: berekening van de CCR op basis van gegevens van de Waterwegen- en scheepvaartbeheerder van de Duitse Bondsstaat (WSV), verstrekt door het Duitse federale bureau voor hydrologie (BfG)
     

  • Voor de Donau zijn er maandelijkse gegevens beschikbaar voor de sluis van Wildungsmauer bij Wenen (januari 2004 – november 2021). Deze sluis bevindt zich in het oosten van Oostenrijk waar het binnenvaartvrachtvervoer het grootst is. Als men naar het spreidingsdiagram kijkt, kan worden vastgesteld dat er een bepaald verband bestaat tussen de waterstanden en het goederenvervoer. Wanneer de beschikbare diepte klein is, nemen de vervoerde hoeveelheden zo te zien af.
  •  

    AFBEELDING 3: BESCHIKBARE DIEPTE BIJ WILDUNGSMAUER EN GOEDERENVERVOER OVER HET OOSTENRIJKSE GEDEELTE VAN DE DONAU (MAANDELIJKSE GEGEVENS M1/2004-M11/2021)


    Bron: CCR-analyse op basis van gegevens van viadonau en het federale bureau voor de statistiek van Oostenrijk
     

  • Voor de Donau werd het laatste kwartaal van 2021 gekenmerkt door zeer lage waterstanden en dus een geringere waterdiepte. Dit verklaart de forse daling in het vrachtvervoer (zie hoofdstuk 1). Ook de gegevens uit hoofdstuk 1 bevestigen dit.
  •  

VRACHTPRIJZEN IN HET RIJNSTROOMGEBIED3

  • Binnen het ARA-Rijngebied vertoonden de vrachtprijzen op de spotmarkt voor het vervoer van gasolie een stijgende lijn die al in het derde kwartaal van 2021 van start ging en in november 2021 zijn hoogtepunt bereikte. Dit is met name toe te schrijven aan de lage waterstanden in oktober en november 2021.
  •  

    AFBEELDING 4: ONTWIKKELING VAN DE VRACHTPRIJZEN VOOR HET VERVOER VAN GASOLIE VAN HET ARA-GEBIED NAAR BESTEMMINGEN LANGS DE RIJN (INDEX 2015 = 100)*


    Bron: berekening van de CCR aan de hand van PJK International
    * PJK verzamelt gegevens over de vrachtprijzen (in euro per ton) voor het vervoer van vloeibare goederen uit het ARA-gebied naar bestemmingen langs de Rijn. De CCR heeft op basis van deze data een index berekend, met 2015 als referentiejaar. Benedenrijn: Duisburg, Keulen. Bovenrijn: Karlsruhe, Bazel. Main: Frankfurt/M.

     

  • Het Centraal Bureau voor de Statistiek in Nederland (CBS) verzamelt gegevens over de vrachtprijzen via een panel van Nederlandse binnenvaartondernemingen. Deze gegevens worden twee keer per kwartaal ingezameld en omvatten brandstof- en laagwatertoeslagen.
  •  

    AFBEELDING 5: ONTWIKKELING VAN DE VRACHTPRIJZEN PER KWARTAAL VOOR NEDERLANDSE BINNENVAARTONDERNEMINGEN PER MARKTSEGMENT (INDEX 2015 = 100, KWARTAALGEGEVENS)


    Bron: Centraal Bureau voor de Statistiek (Binnenvaartdiensten; prijsindex)
     

  • De vrachtprijzen voor het vervoer van droge lading toonden een stijgende trend die na het derde kwartaal van 2020 inzette. De vrachtprijzen voor het vervoer van containers laten sinds het tweede kwartaal van 2020 een positieve lijn zien. Voor vloeibare bulkgoederen bleven de vrachtprijzen op een laag niveau met een verdere daling in het derde kwartaal van 2021.
  • De vraag naar vervoer van vloeibare goederen nam toe in Nederland, maar niet in de buurlanden. Dit verklaart de situatie van de vrachtprijzen voor het vervoer van vloeibare lading voor de Nederlandse binnenvaartondernemingen, aangezien deze ook actief zijn in vaargebieden in andere landen.

 
 

ONTWIKKELING BRANDSTOFKOSTEN

  • De brandstofkosten zijn geanalyseerd aan de hand van de gasolie/dieselprijzen die gepubliceerd worden in het kader van het monitoringsysteem voor energieprijzen van het Belgische ministerie van Economische Zaken.4 Uit een vergelijking met de olieprijzen blijkt een zeer duidelijke correlatie die als basis dient voor een vooruitblik op de brandstofprijzen.
  • In de tweede helft van 2021 zette de stijgende lijn voor olieprijzen – en dus voor brandstofprijzen – zich voort. De olieprijzen bereikten in het vierde kwartaal van 2021 een niveau van 79,6 US dollar (ongeveer 69,8 euro bij een wisselkoers van USD/EUR van 1,17).
  •  

    AFBEELDING 6: GEMIDDELDE BRANDSTOFPRIJS VOLGENS HET BELGISCHE MINISTERIE VAN ECONOMISCHE ZAKEN EN PRIJS VAN BRENT RUWE OLIE, INCLUSIEF PROGNOSES*


    Bronnen: ITB en SPF Economie (brandstofprijs). US Energy Information Administration (olieprijs). Economische gegevens van de Federal Reserve (historische wisselkoers Amerikaanse dollar/euro). 1 vat (bbl) = 159 liter.
    * EIA = US Energy Information Administration. De prognose is gebaseerd op een nominale wisselkoers van 1,12 US-$ per euro voor heel 2022 en 2023. Deze ramingen houden geen rekening met de gevolgen van de oorlog in Oekraïne.

     

  • In de laatste kortetermijnprognose van januari 2022 van de US Energy Information Administration (EIA) voorspelt deze instantie dat de prijzen voor Brent ruwe olie op de spotmarkt in 2022 gemiddeld 75 US dollar per vat zullen bedragen en rond de 67,5 US dollar per vat in 2023. Dit is gebaseerd op veronderstellingen over het verloop van de pandemie en het economisch herstel, alsook op de afspraken met de OPEC om de productieverlagingen tegen september 2022 geleidelijk in te trekken.56 Als gevolg van de politieke omstandigheden overschreden de olieprijzen begin maart 2022 de grens van 100 US dollar. Als de politieke conflicten in maart 2022 blijven voortduren, valt te verwachten dat de olie- en energieprijzen nog verder steil zullen blijven klimmen.
  • De brandstofprijzen voor de Europese binnenvaart worden zowel bepaald door de olieprijzen als de wisselkoers tussen de Amerikaanse dollar en de euro. De flinke stijging van de Amerikaanse staatsschuld betekent dat er in 2022 weinig speelruimte zal zijn voor een waardestijging van de US-dollar ten opzichte van de euro.7 De waardevermindering van de euro ten opzichte van de Amerikaanse dollar, die in mei 2021 begon met 1,22 en tegen december 2021 een niveau van 1,13 bereikte, had tot gevolg dat de brandstofprijzen in de Europese binnenvaart gestegen zijn.8
  • In het licht van deze factoren wordt verwacht dat de brandstofprijzen in de binnenvaart in 2022 een recordhoogte zullen bereiken en vervolgens in 2023 dalen.