• Volgens informatie van de Europese Commissie lag de economische groei in de Europese Unie in 2024 bij +1,0%. De groei van de particuliere consumptie was hier de doorslaggevende factor. De particuliere consumptie trok flink aan door een forse verhoging van het besteedbare inkomen, toen de nominale lonen herstelden van de door de inflatie aangetaste koopkracht. De EU-prognoses voor het BBP gaan uit van een groeipercentage van +1,1% tot +1,5% voor 2026. Als de spanningen tussen de EU en de VS op handelsvlak zouden afnemen en er ook in de handelsonderhandelingen met andere landen en regio’s een hernieuwd momentum kan worden bereikt, zou dit de groei in de EU zeker bevorderen.
• Wereldwijd gezien was er een gematigd herstel van de handel in 2024, met een groei van 3,3%, maar dit cijfer lag nog steeds onder het niveau van vóór de pandemie. Nieuwe geopolitieke spanningen en veranderende handelspatronen, zoals meer “friendshoring”, hebben de onzekerheid met betrekking tot de leverketens vergroot. In Europa liet het containervervoer kort enig herstel zien, maar de aanhoudende onrust in het gebied rond de Rode Zee en nieuwe protectionistische maatregelen blijven een belemmering vormen voor de zeevaartroutes en zetten de kosten onder druk.
• De grondstofmarkten stabiliseerden zich verregaand, met dalende prijzen voor olie en gas. Het gaf de binnenvaart wat meer lucht, maar de markt voor landbouwproducten en metaal bleef volatiel vanwege de weersomstandigheden en aanhoudende geopolitieke spanningen. Ondanks de uiteenlopende ontwikkelingen, was er voor de scheepvaart op de Rijn en Donau toch enig herstel zichtbaar in 2024. Dat neemt niet weg dat de sector nog steeds te kampen heeft met stijgende bedrijfskosten en een dalende vraag in belangrijke segmenten zoals kolen en bouwmateriaal.

 

ECONOMISCH OVERZICHT

  • Dit hoofdstuk is gebaseerd op recente analyses van de World Economic Outlook van het Internationaal Monetair Fonds (IMF), de IMF Regional Economic Outlook – Europe, de Economic Outlook van de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO), de Global Trade Update van december 2024 van de Conferentie van de Verenigde Naties voor handel en ontwikkeling (United Nations Conference on Trade and Development, UNCTAD) en de Voorjaarsprognoses 2025 van de Europese Commissie (EC), en biedt een overzicht van de macro-economische context en de gevolgen daarvan voor de binnenvaart.
  • De wereldeconomie vertoonde in 2024 een gemengd beeld, met tekenen van stabilisatie en nieuwe uitdagingen. Na twee jaar van hoge inflatie en geopolitieke verstoringen begon de inflatie in veel landen eindelijk te dalen, wat enige verlichting bracht voor huishoudens en beleidsmakers in staat stelde een aantal beleidsmaatregelen aan te passen. De arbeidsmarkten, die nog steeds onder druk staan, begonnen licht te verbeteren en de loonstijgingen vertraagden in verschillende geavanceerde economieën.1 Niettemin hebben nieuwe economische schokken – met name de verwachting van mogelijke nieuwe Amerikaanse invoerheffingen eind 2024 – de onzekerheid op de handels- en financiële markten vergroot. Dit leidde vervolgens tot volatiliteit en een verslechtering van het economisch vertrouwen. Als gevolg daarvan is het vertrouwen van investeerders afgenomen en is de economische groei in veel regio’s afgezwakt.
  • Volgens het IMF en de OESO bedroeg de wereldwijde BBP-groei in 2024 +3,3%. Hoewel dit gezien de recente uitdagingen een degelijke prestatie is, blijft het achter bij de trend van vóór de pandemie, die rond +3,8% lag. Voor 2025 wordt een vertraging van de wereldwijde groei tot +2,8% verwacht, aangezien hogere rentetarieven, beperkte overheidsuitgaven en de aanhoudende handelsspanningen een uitdaging blijven vormen. Voor 2026 wordt een bescheiden herstel tot +3,0% voorspeld, maar dat blijft onzeker en hangt af van hoe belangrijke risico’s zoals aanhoudende inflatie, hernieuwde geopolitieke spanningen en beleidsonzekerheid zich ontwikkelen.
  • Volgens de Europese Commissie bedroeg de economische groei in de Europese Unie in 2024 +1,0%. De groei van de particuliere consumptie was hierbij een doorslaggevende factor. De particuliere consumptie werd gestimuleerd door een behoorlijke stijging van het beschikbare inkomen, doordat de nominale lonen de koopkracht die door de stijgende inflatie was verloren, weer terugwonnen. De BBP-prognose voor de EU voor 2025 wijst op een groei van +1,1% en +1,5% voor 2026. Een afname van de handelsspanningen tussen de EU en de VS, in combinatie met een hernieuwde impuls in de handelsbesprekingen met andere landen en regio’s, zou de groei in de EU ten goede kunnen komen.
  • De krappe arbeidsmarkt en de verbeterende productiviteit zullen de loonstijging verder aanwakkeren. Na een stijging van +5,3% in 2024 zal de groei van de nominale beloning per werknemer naar verwachting vertragen tot +3,9% in 2025 en +3,0% in 2026. In alle opzichten zouden de reële lonen in de EU in 2025 de koopkracht die sinds medio 2021 verloren was gegaan, volledig moeten goedmaken. De loongroei, in combinatie met de vertragende inflatie, ondersteunt een verdere stijging van het bruto besteedbare inkomen van de huishoudens.
  • De daling van de inflatie verschilde van land tot land. Terwijl de totale inflatie in de meeste geavanceerde economieën afnam en dichter bij de doelstellingen van de Europese Centrale Bank (ECB) kwam, bleef de kerninflatie, met name in de dienstensector, hoog als gevolg van de sterke loondruk. Dit heeft het voor de centrale banken moeilijker gemaakt om volledig af te stappen van de verkrappende monetaire cycli van 2022-2023. Tegelijkertijd worden veel regeringen geconfronteerd met stijgende kosten van de schuldendienst (waarmee de kosten voor het aflossen van schulden en de rente op de schuld zelf worden gedekt) en verminderde begrotingsflexibiliteit als gevolg van hogere rentetarieven en aanzienlijke overheidsleningen tijdens de pandemie en de daaropvolgende crises.
  • Volgens de EC bedroeg de inflatie in de EU in 2024 2,6%. De prognose voor 2025 wijst op 2,3% en voor 2026 wordt een inflatie van 1,9% verwacht. Er zijn twee belangrijke factoren die een neerwaartse druk uitoefenen op de inflatie in de EU. Een belangrijke factor is de aanzienlijk lagere prijs van energiegrondstoffen, en een tweede factor is de waardestijging van de euro, waardoor de invoer van goederen voor consumenten in de EU goedkoper wordt. Een escalatie van de handelsspanningen tussen de EU en de VS zou echter het BBP negatief kunnen beïnvloeden en de inflatiedruk opnieuw kunnen aanwakkeren.
  • Het herstel per regio loopt sterk uiteen. De Verenigde Staten hebben in 2024 de verwachtingen overtroffen, dankzij sterke consumentenbestedingen en investeringen, met name in de technologie- en transportsector. Tegen het einde van het jaar waren er echter tekenen van afzwakking, doordat de consumptie vertraagde en het ondernemersvertrouwen werd beïnvloed door de onzekerheid in verband met de aankondiging van nieuwe invoerheffingen. De eurozone kende daarentegen een fragieler en ongelijkmatiger herstel, met een bescheiden groei die grotendeels werd aangedreven door de dienstensector, terwijl de industriële productie en de particuliere investeringen zwak bleven. Landen met een grote verwerkende industrie, zoals Duitsland en Oostenrijk, werden bijzonder hard getroffen door de zwakke buitenlandse vraag, met name uit China. Ondertussen kampte de Chinese economie met interne onevenwichtigheden, waaronder een zwakke binnenlandse consumptie, ondanks pogingen om de groei te stimuleren door middel van overheidsinvesteringen. India en verschillende ASEAN-landen2 noteerden daarentegen een sterkere groei, ondersteund door demografische trends, consumptie en investeringen in infrastructuur.
  • Bekijkt men het grotere plaatje, dan bleef de productiviteitsgroei in 2024 in de meeste regio’s bescheiden. Slechts enkele geavanceerde economieën, en dan vooral de Verenigde Staten, slaagden erin de productiviteitsgroei op peil te houden, ondersteund door een flexibele arbeidsmarkt en hogere kapitaalinvesteringen. In andere regio’s wordt de langetermijngroei echter nog steeds belemmerd door trage innovatie, vergrijzing en een algemene terughoudendheid om te investeren. Kortom, de wereldeconomie kwam in 2024 weliswaar in relatief rustiger vaarwater terecht, maar het begin van 2025 werd nog steeds gekenmerkt door veel onzekerheden. Dit wijst erop dat het economisch herstel traag en ongelijk zal blijven en zeer gevoelig zal zijn voor toekomstige schokken.
  • AFBEELDING 1: GROEIPERCENTAGE VAN HET BBP, CONSTANTE PRIJZEN


    Bron: IMF World Economic Outlook Database, vooruitzichten van april 2025
     
     

HANDEL

  • Het herstel van de wereldhandel in 2024 was bescheiden en ongelijkmatig. Na een moeilijk jaar 2023, dat werd gekenmerkt door verstoringen in de scheepvaart en een zwakke vraag, begon het handelsvolume in de eerste helft van het jaar weer toe te nemen. Dit herstel werd grotendeels aangedreven door een sterkere vraag naar Amerikaanse goederen en een toename van de technologie-export uit verschillende Aziatische economieën, zoals China en de ASEAN-5. Dit herstel kwam echter op de helling te staan door nieuwe geopolitieke verstoringen, veranderingen in de toeleveringsketens en de voortzetting van protectionistische handelsmaatregelen.
  • Volgens de Global Trade Update van de UNCTAD van december 2024 is de wereldhandel in 2024 met ongeveer +3,3% gegroeid, wat een lager tempo is dan het gemiddelde van +4,9% vóór de pandemie, en de prognoses voor 2025 blijven eveneens gematigd. De EU-uitvoer zal naar verwachting in 2025 met een bescheiden +0,7% groeien en in 2026 met +2,1%. Het tempo van het herstel loopt niet gelijk op in de verschillende regio’s en sectoren. Terwijl de e-commerce en het luchtvrachtvervoer een relatief sterke groei kenden, bleef de groei van het traditionele goederenvervoer en het industriële vrachtverkeer beperkter, wat de uitdagingen waar sommige sectoren nog steeds mee kampen, nog eens benadrukt.
  • Een van de belangrijkste trends van 2024 was de verdere fragmentatie van de wereldhandel. Meer landen richten zich op handel met bondgenoten of politiek gelijkgestemde partners, een verschuiving die bekend staat als “friendshoring”. Dit kwam vooral tot uiting in de groeiende kloof tussen de VS en China, waarbij beide landen hun onderlinge handel terugschroefden, belangrijke industrieën terughaalden naar hun eigen land en strengere regels oplegden voor gevoelige exporten en investeringen.3 Als gevolg daarvan worden bedrijven geconfronteerd met meer onzekerheid en verstoorde investeringsplannen, en worden mondiale toeleveringsketens kwetsbaarder voor plotselinge beleidswijzigingen. Europa kreeg in 2024 te maken met verschillende schokken. Na de verstoring van de scheepvaartroutes in de Rode Zee eind 2023 werden veel zeeroutes naar het zuiden verlegd rond Kaap de Goede Hoop, waardoor de levertijden en kosten toenamen. Hoewel de containeroverslag in Europese havens begin 2024 weer aantrok, is dit herstel wellicht van tijdelijke aard. Het valt samen met zowel gewijzigde scheepvaartroutes als eerste tekenen van economisch herstel, maar de onderliggende kwetsbaarheid van de wereldwijde handelsstromen en de regionale geopolitieke spanningen blijven aanwezig. Afbeelding 2 laat zien hoe opeenvolgende crises sinds 2000 de handelsstromen hebben beïnvloed en toont aan dat er in de nabije toekomst geen grote groei van het handelsvolume wordt verwacht.
  • AFBEELDING 2: GROEIPERCENTAGE VAN INVOER- EN UITVOERVOLUMES



    Bron: IMF World Economic Outlook Database, vooruitzichten van april 2025
     
     

GRONDSTOFPRIJZEN

  • In 2024 stabiliseerden de grondstoffenmarkten na de aanzienlijke verstoringen en prijsvolatiliteit die de jaren 2021 en 2022 kenmerkten. Hoewel het tempo van de veranderingen per sector verschilde, zorgde een algemene normaliseringstrend voor meer voorspelbaarheid op veel markten. Voor de binnenvaart, met name op de Rijn en Donau, bood deze verschuiving gemengde maar over het algemeen positieve vooruitzichten.
  •  

    RUWE OLIE

    • De prijzen voor ruwe olie daalden tussen augustus 2024 en maart 2025 aanzienlijk, met -9,7%. Volgens de laatste prognoses van het IMF zullen de prijzen blijven dalen, tot gemiddeld 66,9 dollar per vat in 2025, tegen 79,17 dollar in 2024, en verder tot 62,4 dollar in 2026.4 Verschillende factoren liggen ten grondslag aan deze trend. Aan de aanbodzijde is er een sterke productiegroei geweest in landen buiten de OPEC+, en eerdere productieverlagingen worden langzaam teruggedraaid. Samen hebben deze factoren de olieprijzen getemperd. Tegelijkertijd hebben geopolitieke risico’s – zoals sancties tegen Russische olie – slechts een beperkte invloed gehad op het totale wereldwijde aanbod.
    • Ook factoren aan de vraagzijde hebben een rol gespeeld, met name de zwakkere consumptie in belangrijke markten zoals China, waar door de groeiende populariteit van elektrische voertuigen de vraag naar olie begint te dalen. Aangezien het aanbod naar verwachting tot eind 2026 groter zal zijn dan de vraag, typeert het IMF de marktvooruitzichten als overwegend negatief. Voor sectoren die sterk afhankelijk zijn van brandstof, zoals de binnenvaart, biedt de aanhoudende daling van de olieprijzen enige verlichting. Na de heftige schommelingen van de afgelopen jaren biedt de huidige situatie op de oliemarkt meer stabiliteit en voorspelbaarheid voor sectoren die sterk afhankelijk zijn van energie.
    •  

      AFBEELDING 3: INDEXCIJFERS VAN GRONDSTOFPRIJZEN (2016 = 100)


      Bron: IMF World Economic Outlook Database, vooruitzichten van april 2025
       

    GAS EN STEENKOOL

    • Tussen augustus 2024 en maart 2025 zijn de aardgasprijzen omgeslagen na zes maanden van prijsstijgingen. Toen de olieprijzen begonnen te dalen, volgden de aardgasprijzen deze trend. In Europa stegen de prijzen echter nog steeds, met name op de handelshub Title Transfer Facility (TTF),5 waar de prijzen met +7,7% stegen. Hoewel dit boven het historische gemiddelde lag, bleef het onder het piekniveau van 2022. De prijsstijging werd veroorzaakt door verschillende verstoringen van het aanbod. Zo werd in januari 2025 de gaslevering vanuit Rusland naar Europa via Oekraïne stopgezet, waardoor de prijzen stegen. In de VS verdubbelden de Henry Hub-prijzen (die als referentie dienen voor de prijzen van aardgas op de spot- en termijnmarkt voor de Noord-Amerikaanse markt) als gevolg van een combinatie van slecht weer en een toegenomen vraag naar gasexport. In Azië bleven de prijzen voor vloeibaar aardgas (LNG) echter grotendeels stabiel door de zwakke vraag vanuit China.
    • Na de aankondiging van de Amerikaanse invoerheffingen op 2 april 2025 begonnen de gasprijzen te dalen door bezorgdheid over de toekomstige vraag naar energie. Deze vooruitzichten brengen bepaalde risico’s met zich mee, aangezien verschuivingen in geopolitieke factoren en veranderingen in de wereldwijde energievraag van invloed kunnen zijn op de prijzen, hoewel de algemene trend wijst op lagere prijzen in de komende jaren. 6

    LANDBOUWGRONDSTOFFEN EN LEVENSMIDDELEN

    • De prijzen van landbouwgrondstoffen zijn tussen augustus 2024 en maart 2025 gestegen, voornamelijk als gevolg van ongunstige weersomstandigheden die de landbouw in verschillende regio’s, waaronder Brazilië, India en andere delen van Azië, parten hebben gespeeld. De prijsindex voor levensmiddelen en dranken van het IMF steeg in deze periode met +3,6%, waarbij de prijzen van dranken – met name koffie – voor een groot deel verantwoordelijk waren voor deze stijging. De koffieprijzen stegen met +33,8% en bereikten in februari een recordniveau. De rijstprijzen daalden daarentegen met -26% dankzij betere teeltomstandigheden in India en andere delen van Azië. De graanprijzen stegen slechts licht, met +0,6%, doordat de vrees voor tegenvallende tarwe- en maïsopbrengsten begon af te nemen. Bovendien hadden de nieuwe handelsbeperkingen die in april 2025 werden ingevoerd, gemengde gevolgen voor de landbouwprijzen: de prijzen voor gewassen die gevoelig zijn voor inkomensschommelingen en de wereldhandel, zoals koffie en sojabonen, daalden sterk, terwijl de prijzen voor basisgranen zoals tarwe en maïs stabieler bleven. Voor de toekomst zien de landbouwmarkten risico’s in beide richtingen, met mogelijke prijsstijgingen als gevolg van handelsverstoringen en extreme weersomstandigheden, en mogelijke dalingen als de oogsten beter uitvallen dan verwacht.

    METALEN

    • De metaalprijsindex van het IMF steeg tussen augustus 2024 en maart 2025 met +11,2%. Deze stijging was grotendeels te danken aan hogere prijzen voor belangrijke metalen zoals goud, aluminium en koper. Aluminium en koper kenden de sterkste stijgingen onder de basismetalen, met prijsstijgingen van respectievelijk +12,7% en +8,4% als gevolg van verstoringen van het aanbod en een sterke vraag, die deels werd aangewakkerd door kopers die hun aankopen versnelden in afwachting van verwachte invoerheffingen. Deze trend keerde echter abrupt in begin april 2025, toen escalerende handelsspanningen een algemene daling van de prijzen van industriële metalen veroorzaakten. Marktprognoses wijzen er nu op dat de prijzen voor aluminium, koper en ijzererts tegen het einde van 2026 zullen dalen. De goudprijs is daarentegen sterk gebleven en heeft zelfs nieuwe records gebroken – bijna 3.000 dollar per ounce – omdat beleggers het als een veilige optie zien in tijden van wereldwijde spanningen en economische onzekerheid.

 

INSCHATTING VAN DE ECONOMISCHE TOESTAND – CONSUMENTENVERTROUWEN

  • Het consumentenvertrouwen geeft een indicatie van de ontwikkelingen in de consumptie en spaargedrag van huishoudens. Een indexwaarde boven de 100 in de indicator van het consumentenvertrouwen (ESI, Economic Sentiment Indicator) duidt op een toename van het vertrouwen van de consument in de toekomstige economische situatie en wijst erop dat consumenten meer geneigd zijn om geld uit te geven. Waarden onder 100 duiden op een pessimistische houding ten aanzien van de toekomstige ontwikkelingen in de economie, wat kan leiden tot een neiging om meer te sparen en minder te consumeren. Het consumentenvertrouwen heeft een impact op het containervervoer: een hoog consumentenvertrouwen leidt tot meer containervervoer.
  • In 2024 bleef de ESI onder het langetermijngemiddelde, wat een weerspiegeling was van het sombere economische sentiment in de hele EU. In april 2025 daalde de ESI met 1,4 punten in zowel de EU als de eurozone, tot respectievelijk 94,4 en 93,6. Deze neerwaartse trend wijst erop dat consumenten hun twijfels hebben over de economische vooruitzichten, wat mogelijk kan leiden tot minder bestedingen en investeringen. De verslechtering van het sentiment wordt toegeschreven aan verschillende factoren, waaronder geopolitieke onzekerheden en bezorgdheid over de toekomstige economische ontwikkelingen.

 

BELANGRIJKSTE GEVOLGEN VOOR DE RIJN- EN DONAUVAART IN HET KORT

  • In 2024 en begin 2025 vertoonden de Rijn- en Donauvaart tekenen van herstel na de scherpe dalingen van de voorgaande twee jaar. Ondanks aanhoudende geopolitieke spanningen en structurele verschuivingen in de wereldhandel trok het vervoersvolume licht aan, ondersteund door een dalende inflatie. De binnenvaartsector had ook te kampen met aanhoudende uitdagingen als gevolg van hoge exploitatiekosten, een zwakke bouwsector en een dalend vervoer van steenkool omdat met name Duitsland gekozen heeft voor een uitfasering van steenkool. De grondstoffenmarkten vertoonden over het algemeen meer stabiliteit, waarbij de dalende prijzen voor ruwe olie enige verlichting brachten voor brandstof-intensieve vervoerswijzen zoals de binnenvaart. De aanhoudende volatiliteit van de gas- en landbouwprijzen, in combinatie met een recente daling van de metaalprijzen als gevolg van nieuwe handelsspanningen, blijft echter een risico vormen voor de vraag naar goederen. De gasprijzen hebben een effect op de vervoersvraag in de binnenvaart vanwege de invloed van de gasprijzen op de chemische productie. Lagere gasprijzen leiden tot een verbetering van de concurrentiepositie van de Europese chemische industrie. Dit leidt tot meer vervoer van chemicaliën.
Privacy Overzicht

Deze website maakt gebruik van cookies om u de best mogelijke gebruikerservaring te bieden. Cookie-informatie wordt opgeslagen in uw browser en voert functies uit zoals herkenning op uw site, zodat ons team weet welke gebieden van de site voor u het meest interessant en nuttig zijn.